Virtual Reality: een nieuwe realiteit?

Elise van der Stouwe
UCP, UMCG

 

nummer

58

Opgenomen in sessies

Vrijdag, 13.30 uur, Zaal 64

Kernwoorden

Virtual Reality

Tags doelgroep

Volwassenen

Tags thematiek en problematiek

Transdiagnostisch

Tags streams

Overig

Beknopte samenvatting van het symposium

Sinds de opkomst van Virtual Reality (VR) als een hulpmiddel voor de GGZ, is het neergezet als een veelbelovende techniek met potentie voor zowel diagnostiek als behandeling. Maar hoe staat het er nu voor na 25 jaar onderzoek? Wat is de waarheid wat betreft de klinische potentie van VR? Is de inzet van VR de nieuwe realiteit?

 

Dit symposium bestaat uit vier bijdragen. De eerste bijdrage betreft de toepassing van VR in diagnostiek. Chris Geraets zal een overzicht geven van verschillende soorten VR-taken die zijn ingezet voor diagnostiek van angststoornissen, verslaving, psychotische stoornissen, ADHD, PTSS en pedofiele stoornis. Daarbij zal zij in gaan op de vraag of VR inderdaad een mooie tool is om achter de ‘waarheid’ te komen. De tweede en derde bijdrage richten zich op de toepassing van VR binnen interventies. Elise van der Stouwe zal vertellen over een VR oefening voor meer zelfcompassie waarbij gebruik wordt gemaakt van de waarheid van een milde ander. Vervolgens presenteert Nancy Schipper verschillende manieren om VR toe te passen in de behandeling van depressie waarbij zij zal aangeven wanneer en hoe VR van toegevoegde waarde kan zijn. Tot slot zal Elsbeth Zandee in de vierde bijdrage in gaan op de implementatie van VR: de waarheid over de intenties van behandelaren om VR te gaan gebruiken, maar ook wat er allemaal nodig is om VR op een instelling in te zetten. Tijdens de discussie zullen wij enkele prikkelende stellingen inbrengen, we hopen met het publiek van gedachten te wisselen over de toepassingen, meerwaarde en implementatie van VR.

Auteurs

Elise van der Stouwe

UCP, UMCG
GZ-psycholoog, postdoc onderzoeker

VR & diagnostiek: is VR een tool om de waarheid te achterhalen?

dr. Chris Geraets
UCP, UMCG

 

Kernwoorden

Virtual Reality, diagnostiek, review

Inhoud van de lezing

Achtergrond: Sinds de opkomst van Virtual Reality (VR) als een hulpmiddel voor de GGZ is het neergezet als een veelbelovende techniek met potentie voor een objectieve en ecologisch valide manier van meten van symptomen. Maar hoe staat het er nu voor na 25 jaar onderzoek? Maakt VR deze belofte waar?

Methode: Een systematische review is uitgevoerd met behulp van Pubmed, Embase, PsycInfo en Web of Science.  Inclusiecriteria voor studies waren: 1) het gebruik van immersive VR, 2) het meten van psychiatrische symptomen/stoornissen, 3) de populatie moest volwassen met een psychiatrische stoornissen betreffen, en 4) uitgevoerd sinds 2016.

Resultaten: De zoekopdracht resulteerde in 3.163 artikelen, waarvan in totaal 27 onderzoeken voldeden aan de inclusiecriteria. De meeste studies beschouwden angststoornissen (n=7), verslaving (n=7) en psychotische stoornissen (n=5). Met betrekking tot ADHD (n=3), PTSS (n=3) en pedofiele stoornis (n=1) zijn sinds 2016 slechts enkele onderzoeken uitgevoerd. In de meeste studies werden patiëntengroepen vergeleken met gezonde controlegroepen.

Discussie: De belofte, dat VR kan zorgen voor het objectief meten van symptomen, is nog niet ingelost. VR-taken kunnen verschillen tussen patiënten en gezonde controles detecteren, voornamelijk met betrekking tot zelfrapportage. Studies die keken naar fysiologische reacties in VR vonden zeer gemixte resultaten, wat zorgt dat het nut hiervan ter discussie kan worden gesteld. Mogelijk zit het voordeel van VR assessment niet in objectief meten, maar juist in de subjectieve informatie die vergaard kan worden met behulp van VR. Een conclusie van dit review is dat de waarde en mogelijke voordelen van VR-assessment als aanvulling op de huidige psychiatrische diagnostische tools voor veel stoornissen onbekend is. In toekomstig onderzoek is het relevant om te kijken welke aanvullende informatie VR-assessment kan bieden voor de klinische praktijk, in plaats van VR te evalueren als vervanging van conventionele diagnostische methodes.

Referenties en literatuur

Freeman, D., Reeve, S., Robinson, A., Ehlers, A., Clark, D., Spanlang, B., & Slater, M. (2017). Virtual reality in the assessment, understanding, and treatment of mental health disorders. Psychological Medicine, 47(14), 2393–2400. https://doi.org/10.1017/S003329171700040X

Geraets, C. N. W., Wallinius, M., & Sygel, K. (2022). Use of Virtual Reality in Psychiatric Diagnostic Assessments: A Systematic Review. Frontiers in Psychiatry, 13(February), 1–12. https://doi.org/10.3389/fpsyt.2022.828410

van Bennekom, M. J., de Koning, P. P., & Denys, D. (2017). Virtual Reality Objectifies the Diagnosis of Psychiatric Disorders: A Literature Review. Frontiers in Psychiatry, 8(163), 1–7. https://doi.org/10.3389/fpsyt.2017.00163

 

Auteurs

Chris Geraets

UCP, UMCG
Postdoc onderzoeker

VR voor meer zelfcompassie: de waarheid van de milde ander

Elise van der Stouwe
UCP, UMCG

 

Kernwoorden

Virtual Reality, zelfcompassie, zelfkritiek, transdiagnostisch

Inhoud van de lezing

Achtergrond: Overmatige zelfkritiek is een belangrijke transdiagnostische psychologische factor die een rol kan spelen in het ontstaan en beloop van diverse psychopathologie. Bovendien kan overmatige zelfkritiek de voortgang in een stoornis-specifieke behandeling remmen. Aan de andere kant suggereert onderzoek dat zelfcompassie in grote mate kan bijdragen aan de weerbaarheid en het herstel van klinische populaties. Een grote groep patiënten zou dus zeer gebaat zijn bij innovatieve technieken en interventies gericht op zelfkritiek en zelfcompassie. Virtual Reality heeft veel potentie om bestaande interventies te verbeteren. In de huidige studie is het effect van een VR oefening gebaseerd op de CGT techniek ‘meten met twee maten’ bekeken, en daarnaast is de toegevoegde waarde van de nieuwe VR techniek ‘perspectief wissel’ onderzocht.

Methode: In totaal werden 68 studenten Psychologie met een hoge mate van zelfkritiek gerandomiseerd naar de perspectief wissel conditie of de controle conditie. Alle deelnemers voerden twee rollenspellen uit waarbij ze geïnstrueerd waren om compassievol te reageren op een virtueel karakter met dezelfde zelfkritiek als zijzelf. De helft van de deelnemers werd na elk opgenomen rollenspel gewisseld van perspectief waarna ze hun eigen compassievolle woorden ontvingen vanuit het perspectief van het virtuele karakter. Zelfkritiek, zelfcompassie, zelfvertrouwen, positief en negatief affect werden gemeten voor en na de oefeningen. Na afloop van de oefeningen werden tevens enkele evaluatie vragen gesteld.

 Resultaten: De VR rollenspellen hadden een significant positief effect op de mate van zelfcompassie en zelfkritiek. Bovendien lieten deelnemers na beide condities meer positief affect en zelfvertrouwen en minder negatief affect zien. Er werden geen verschillen gevonden tussen de twee condities.

Conclusie: De VR oefeningen hadden positieve effecten op studenten met een hoge mate van zelfkritiek. De toevoeging van de perspectief wissel techniek droeg daar niet verder in bij. Dit impliceert dat het uiten van compassie richting iemand anders met soortgelijke zelfkritiek voldoende is om de mate van zelfkritiek te reduceren en de mate van zelfcompassie te vergroten.

Referenties en literatuur

Falconer, C. J., Rovira, A., King, J. A., Gilbert, P., Antley, A., Fearon, P., … Brewin, C. R. (2016). Embodying self-compassion within virtual reality and its effects on patients with depression. BJPsych Open, 2(1), 74–80. https://doi.org/10.1192/bjpo.bp.115.002147

Falconer, C. J., Slater, M., Rovira, A., King, J. A., Gilbert, P., Antley, A., & Brewin, C. R. (2014). Embodying compassion: A virtual reality paradigm for overcoming excessive self-criticism. PLoS ONE, 9(11). https://doi.org/10.1371/journal.pone.0111933

Auteurs

Elise van der Stouwe

UCP, UMCG
GZ-psycholoog, postdoc onderzoeker

Virtual Reality in de behandeling van depressie; state-of-the-art

Nancy Schipper
GGZ Delfland

 

Kernwoorden

Virtual Reality, depressie

Inhoud van de lezing

Introductie

Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis met grote impact op hen die hierdoor geraakt worden. Een recente meta-analyse laat zien dat gemiddeld genomen slechts 43% van de depressieve patiënten volledig hersteld is na psychotherapie en de kans op terugval is groot. Om die reden is het noodzakelijk om te investeren in de ontwikkeling van innovatieve, meer effectieve interventies voor depressie. Virtual Reality (VR) therapie laat veelbelovende resultaten zien bij verschillende psychiatrische aandoeningen (Wiebe et al., 2022), echter over het effect en de toepassing van VR bij depressie is nog weinig bekend. Cruciale vragen voor zowel de wetenschap als de klinische praktijk zijn: wat is de beste manier om VR toe te passen in de behandeling van depressie? Welke onderliggende mechanismen moeten aangepakt worden? Wanneer en hoe is VR van toegevoegde waarde, zodat betere herstelcijfers worden verkregen?  In de huidige bijdrage zal een uitgebreid overzicht worden gepresenteerd van de VR interventies die momenteel onderzocht zijn in de behandeling van depressie. Er zal met name dieper ingegaan worden op de onderliggende theoretische grondslag van de verschillende VR toepassingen die terug te vinden zijn in de literatuur; hoe denken de auteurs dat VR behandeling voor depressie kan verbeteren?

 

Methode

Voor dit overzicht is een systematische zoekstrategie uitgevoerd in Pubmed, Psycinfo, Ovid Medline, Embase, Google scholar en diverse Trialregisters. We includeerden studies wanneer: 1) het onderzoek betrof naar een VR omgeving die specifiek was ontworpen voor de behandeling van de diagnose depressie of depressieve symptomen; 2) het onderzoek betrof naar een VR omgeving die niet specifiek was ontwikkeld voor de behandeling van depressie (bv. een ontspanningsinterventie), maar wel werd onderzocht in een doelgroep patiënten met depressie

 

Resultaten

Gebaseerd op het literatuuronderzoek werden uiteindelijk 29 studies geïncludeerd in de review. Het bleek dat het perspectief wat betreft op welke manier VR het beste kan worden toegepast in de behandeling van depressie, verschilde per paper. Er werden diverse onderliggende werkingsmechanismen beschreven, bijvoorbeeld het versterken van positief affect, zelfcompassie, gedragsactivatie. Ook werden uiteenlopende VR interventies beschreven, bijvoorbeeld interventies gericht op psycho-educatie, ontspanning, neurofeedback.

 

Discussie

Opvallend was dat er maar enkele randomized controlled trials (RCT’s) zijn uitgevoerd, het grootste gedeelte van de studies betrof kleine steekproeven, of pilot,- en feasibility studies. Daarnaast viel op dat de onderliggende werkingsmechanismen sterk uiteenliepen, wat maakt dat VR op meerdere aspecten aan kan grijpen. Er is uitgebreider onderzoek nodig om met meer zekerheid te kunnen vaststellen wanneer VR van toegevoegde waarde is in psychotherapie voor depressie. Bij GGZ Delfland is in samenwerking met het Amersterdam UMC de onderzoekslijn VR bij depressie opgezet, en er lopen momenteel twee trials; 1) een RCT naar de toegevoegde waarde van VR in psycho-educatie voor depressie (Schipper-Kramer Freher et al. 2022), en 2) een proof-of-concept studie naar het effect van een geheel nieuw behandelmodel voor depressie met VR, gericht op het versterken van positief affect. Beide studies zullen aan het einde van de presentatie kort worden toegelicht.

Referenties en literatuur

Wiebe, A., Kannen, K., Selaskowski, B., Mehren, A., Thöne, A. K., Pramme, L., ... & Braun, N. (2022). Virtual reality in the diagnostic and therapy for mental disorders: A systematic review. Clinical Psychology Review, 102213.

Schipper - Kramer Freher, N., Bexkens, A., van Bennekom, M., Veling, W., & Bockting, C. L. (2022). Virtual reality for psycho-education on self-stigma in depression: Design of a randomised controlled trial. Psychiatry Research Communications2(4), 100086.

Auteurs

Nancy Schipper

GGZ Delfland
GZ-psycholoog, promovenda

Implementatie van Virtual Reality (VR): de waarheid over de intenties van psychologen om VR te gaan gebruiken

MSc Elsbeth Zandee
GGZ Delfland

 

Kernwoorden

Virtual Reality, implementatie

Inhoud van de lezing

Achtergrond: Om Virtual Reality te gebruiken in behandelingen is al veel wetenschappelijke kennis opgebouwd1, waardoor er protocollen zijn om VR te gebruiken en veel kennis over het gebruik van VR bij verschillende stoornissen. Waar echter nog weinig onderzoek naar is gedaan is (kwantitatief) onderzoek naar de implementatie van VR. Ondanks al het onderzoek naar het gebruik van VR dat is gedaan, verloopt de implementatie van VR in de reguliere zorg niet vanzelf. Welke factoren spelen een rol rondom de intentie van psychologen om VR in hun behandelingen in te zetten? In de FUIF-VR studie zijn psychologen die in de buurt van een VR-apparaat werken gevraagd om een online vragenlijst in te vullen. Er is gewerkt met de factoren van de meta-UTAUT theorie2, waarin 6 factoren van invloed zijn op de intentie om VR te gaan gebruiken. Sociale invloed, mening over VR, compatibility, facilitaire aspecten van VR, verwachte effectiviteit en verwachte gebruiksvriendelijkheid spelen een rol bij de intentie om VR te gaan gebruiken en dus bij de implementatie van VR. Welke van deze factoren behoeven precies aandacht bij de implementatie van VR in de zorg?

Methode: De online vragenlijst is via contactpersonen bij verschillende instellingen uitgezet bij psychologen die in de buurt van een VR apparaat werken. Deze vragenlijst is tussen februari 2022 en februari 2023 opengesteld. Er zijn bij verschillende ggz-instellingen via een contactpersoon vragenlijsten uitgezet en in de laatste maanden was deelnemen via LinkedIn mogelijk. Er hebben 113 psychologen deelgenomen aan het onderzoek.

Resultaten & conclusie: De invloed die de bovengenoemde factoren hebben op de gedragsintentie om VR te gaan gebruiken worden per factor verteld. Er zijn daarnaast achtergrondfactoren uitgevraagd (o.a. demografische factoren en ervaringen met techniek). Naast deze zes factoren, zijn er dus ook andere interessante resultaten die nut hebben voor de implementatie. Hiermee kunnen ggz-instellingen direct aan de slag om de implementatie voor VR te bevorderen.

Referenties en literatuur

1Paul M.G. Emmelkamp and Katharina Meyerbröker.: Virtual Reality Therapy in Mental Health. Annual Review of Clinical Psychology 2021 17:1, 495-519

2Dwivedi, Y.K., Rana, N.P., Jeyaraj, A., Clement, M., Williams, M.D.: Re-examining the unified theory of acceptance and use of technology (UTAUT): towards a revised theoretical model. Inf. Syst. Front. 21(3), 719–734 (2019)

Auteurs

Elsbeth Zandee

GGZ Delfland
GioS, wetenschappelijk onderzoeker

Virtual Reality: een nieuwe realiteit?

dr. Tonnie Staring
Altrecht

 

Inhoud

  • Heeft Virtual Reality zijn belofte waar gemaakt wat betreft de toegevoegde waarde voor psychologische behandelingen?
  • Wat zou u ervan weerhouden om Virtual Reality te gebruiken in de patientenzorg?
  • Zou het werken met innovatieve technieken zoals VR invloed hebben op de therapeutische relatie?
  • Zullen we over 20 jaar allemaal met VR of andere innovatieve technieken werken?

Auteurs

Tonnie Staring

Altrecht
Klinisch psycholoog,