Succesvol behandeld, maar dan? Een symposium over innovatieve interventies voor terugvalpreventie bij verslaving en depressie

dr. Fleur Kraanen
Jellinek

 

nummer

58

Opgenomen in sessies

Donderdag, 15.00 uur, Parkzaal

Kernwoorden

verslaving depressie terugvalpreventie innovatie

Tags doelgroep

Volwassenen

Tags thematiek en problematiek

Verslaving
Stemmingsstoornissen

Tags streams

Cognitieve (gedrags)therapie
Overig

Beknopte samenvatting van het symposium

Verslaving en depressie zijn beide stoornissen die veel voorkomen en die een grote impact hebben op de patiënt, diens omgeving en de maatschappij. Bovendien zijn beide voor een groot deel van de mensen die hiermee te maken hebben terugkerende aandoeningen. Verhoudingsgewijs heeft veel onderzoek betrekking op het behandelen van deze stoornissen hoewel er juist op het gebied van terugvalpreventie veel winst te behalen valt. Gelukkig is hier de laatste tijd steeds meer aandacht voor.

Dit symposium bestaat uit vijf presentaties van onderzoeken die op innovatieve manieren hebben gekeken naar (het voorkomen van) terugval in verslaving of depressie. Het eerste deel van het symposium heeft betrekking op verslaving. Reinout Wiers presenteert een studie naar terugvalpreventie in alcoholafhankelijkheid door toevoeging van cognitive bias modification waarna Nicolle van Mil vertelt over de timing en effectiviteit van approach bias modification bij alcoholafhankelijkheid. Een laatste presentatie over terugvalpreventie bij problematisch middelengebruik is van de hand van Marloes Derksen die onderzoek heeft gedaan naar het gebruik van machine learning om middelengebruik duurzaam te verminderen.

In het tweede deel van dit symposium staat depressie centraal. Claudi Bockting presenteert een studie naar het preventieve effect van preventieve cognitieve therapie (PCT) en mindfulness based cognitive therapy (MBCT) als alternatief voor antidepressiva bij depressie. Junus van der Wal presenteert vervolgens een onderzoek naar affectdynamiek bij mensen die meerdere depressieve episodes hebben doorgemaakt en de relatie met terugval.

Auteurs

Fleur Kraanen

Jellinek
Klinisch psycholoog

Terugvalpreventie door toevoeging cognitieve bias modificatie bij de behandeling van alcoholverslaving

prof. dr. Reinout Wiers
Universiteit van Amsterdam

 

Kernwoorden

Cognitieve Bias Modificatie Alcoholverslaving Terugvalpreventie

Inhoud van de lezing

Introductie

Cognitieve Bias Modificatie (CBM) werd ontwikkeld als onderzoeksinstrument om de causale status van systematische cognitieve vertekeningen (biases) met betrekking tot psychopathologie te onderzoeken: door de bias te manipuleren kan onderzocht worden of dit effect heeft op symptomen. Na veelbelovende resultaten bij studenten werden de eerste gerandomiseerde klinische trials (RCTs) uitgevoerd bij patiënten, waar gevonden werd dat toevoeging van CBM aan de behandeling van alcoholverslaving de lange-termijn uitkomsten de terugval na een jaar vermindert met ongeveer 10% (Wiers et al, 2011; Eberl et al, 2013; Rinck et al 2018; Salemink et al, 2021; zie Boffo et al, 2018 voor een meta-analyse van klinische studies). Een recente RCT in Australië liet zien dat CBM tijdens detox ook positieve korte-termijn effecten heeft (Manning et al, 2021).

Materiaal en methode 

Ik zal de resultaten van de effecten van CBM op terugvalpreventie samenvatten, waarbij ik ook nog ongepubliceerde data van de Australische RCT zal presenteren over de lange-termijn effecten van de toevoeging van CBM aan de detox zal presenteren op terugval, waarbij ook na 3, 6, 9 en 12 maanden gekeken is (in veel eerdere RCTs alleen na een jaar).

Verder zal ik een nieuwe versie van CBM introduceren: ABC-training, waarin een Antecedente context (A), gedragsalternatieven (B, Behavioral alternatives) en Consequenties (C) gepersonaliseerd aangeboden worden als cognitieve trainingstaak (Wiers, Van Dessel, & Köpetz, 2020). Die is nog niet in klinische populaties getest, maar wel bij vrijwilligers die de alcohol een maand laten staan (IkPas).

Resultaten 

Toevoeging van CBM aan de CGT behandeling van alcoholverslaving zorgt voor een kleine maar klinisch relevante vermindering in terugval binnen een jaar met ongeveer 10%. De Australische trial liet zien dat de effecten afnemen over de tijd, waarbij de verschillen significant waren tm 6 maanden en daarna niet meer (maar er was na een jaar nog steeds een verschil in terugval van 7%). ABC training liet bij vrijwilligers een sterker effect zien op abstinentie tijdens IkPas dan CBM of sham-CBM.

Discussie en conclusie 

CBM in de huidige vorm heeft een empirisch ondersteund effect op terugvalpreventie, dat leidt tot ongeveer 10% minder terugval na de behandeling van alcoholverslaving (met abstinentiedoel). De meer gepersonaliseerde ABC-training heeft sterkere effecten laten zien bij vrijwilligers die een maand niet drinken en het zou goed zijn die in een klinsche steekproef te testen.

Klinische implicaties 

In Duitsland en Australië, waar grote RCTs hebben plaatsgevonden is CBM nu een geadviseerde toevoeging van de op abstinentie gerichte CGT-behandeling van alcoholverslaving. Het zou goed zijn dit in Nederland ook te doen. De nieuwe ABC-versie is veelbelovend wat betreft sterkere effecten bij vrijwilligers en zou als toevoeging bij patiënten getest moeten worden.

Referenties en literatuur

Boffo, M., Zerhouni, O., Gronau, Q. F., van Beek, R. J. J., Nikolaou, K., Marsman, M., & Wiers, R. W. (2019, March). Cognitive Bias Modification for Behavior Change in Alcohol and Smoking Addiction: Bayesian Meta-Analysis of Individual Participant Data. Neuropsychology Review. Springer New York LLC. https://doi.org/10.1007/s11065-018-9386-4

Manning, V., Garfield, J. B. B., Staiger, P. K., Lubman, D. I., Lum, J. A. G., Reynolds, J., Hall, K., Bonomo, Y., Lloyd-Jones, M., Wiers, R. W., Piercy, H., Jacka, D., & Verdejo-Garcia, A. (2021). Effect of Cognitive Bias Modification on Early Relapse among Adults Undergoing Inpatient Alcohol Withdrawal Treatment: A Randomized Clinical Trial. JAMA Psychiatry, 78(2), 133-140. https://doi.org/10.1001/jamapsychiatry.2020.344

Wiers, R. W., Van Dessel, P., Köpetz, C. (2020). ABC Training: A New Theory-Based Form of Cognitive-Bias Modification to Foster Automatization of Alternative Choices in the Treatment of Addiction and Related Disorders. Current Directions in Psychological Science 29(5), 499-505. https://doi.org/10.1177/0963721420949500 

Auteurs

Reinout Wiers

Universiteit van Amsterdam
hoogleraar ontwikkelingspsychopathologie en co-director center for Urban Mental Health, UvA

Timing en effectiviteit van Approach Bias Modification voor patiënten met alcoholafhankelijkheid: Een Multicenter Randomized Clinical Trial

MSc. Nicolle Van Mil
Novadic Kentron

 

Kernwoorden

Approach bias modificatie terugvalpreventie alcoholafhankelijkheid

Inhoud van de lezing

Achtergrond:

Alcoholafhankelijkheid is een veelvoorkomende mentale stoornis met een hoge mate van terugval na behandeling. Verschillende Randomized Controlled Trials (RCT’s) hebben aangetoond dat de Alcohol Approach Bias Modification (ApBM) de mate van abstinentie kan vergroten wanneer dit wordt toegevoegd aan de treatment as usual. Recente studies suggereren dat de timing van de inzet van de ApBM (tijdens of na detoxificatie) de effecten kan vergroten.

Doel:

Het doel van deze studie is het beantwoorden van enkele vragen, namelijk: 1) Kunnen de onderzoeksresultaten van eerdere, buitenlandse studies gerepliceerd worden in een Nederlandse AUD populatie. 2) Is het aanbieden van ApBM tijdens detoxificatie effectiever dan wanneer aangeboden na detoxificatie. En 3) wat zijn de lange termijn effecten van de ApBM na drie maanden, zes maanden en één jaar follow-up?

Methoden:

Patiënten bij wie sprake is van alcoholafhankelijkheid (N=240) worden random toegewezen aan de groep ‘tijdens detoxificatie’ of ‘na detoxificatie’. Wanneer patiënten niet wensen deel te nemen aan de studie dan worden zij opgenomen in de controlegroep. De primaire uitkomstmaat is mate van abstinentie bij twee weken, drie maanden, zes maanden en één jaar follow-up. Secundaire uitkomstmaten zijn de mate van craving en psychologische problemen (depressie, angst en stemming) bij twee weken, drie maanden, zes maanden en één jaar follow-up.

Resultaten:

De eerste (voorlopige) resultaten van het onderzoek zullen worden gedeeld met het publiek. Resultaten zullen worden vergeleken met resultaten van eerdere ApBM studies.

Conclusie en klinische implicaties:

Deze randomized clinical trial is de eerste studie die direct het verschil meet in doeltreffendheid van ApBM bij patiënten met alcoholafhankelijkheid aangeboden tijdens of na detoxificatie. Afhankelijk van de effectiviteit kan de ApBM training relatief eenvoudig geïmplementeerd worden als een weinig intensief en weinig kostbare interventie aanvullend op TAU. 

Referenties en literatuur

Manning V, Garfield JBB, Staiger PK, Lubman DI, Lum JAG, Reynolds J, et al. (2021). Effect of cognitive bias modification on early relapse among adults undergoing inpatient alcohol withdrawal treatment: a randomized clinical trial. JAMA Psychiatry, 78(2),133–40.

Auteurs

Nicolle Van Mil

Novadic Kentron
Klinisch psycholoog- programmamanager

Inzet van Machine Learning voor het verbeteren van eHealth voor duurzaam verminderd middelengebruik

dr. Marloes Derksen
Arkin

 

Kernwoorden

eHealth; machine learning; verslaving; terugvalpreventie

Inhoud van de lezing

Introductie, theoretisch kader

Digitale zelfhulp interventies voor het verminderen van middelengebruik zoals alcohol, roken, en drugs en het voorkomen van terugval hebben kleine, positieve effecten op het gebruik bij deelnemers en hun kwaliteit van leven. Interventie-trouw bij deze digitale interventies is echter laag, en resultaten zijn wisselend met betrekking tot langdurige interventie deelname en uitkomsten. Log data kunnen mogelijk een goede voorspeller voor interventie-trouw, het bereiken van interventiedoelen, respectievelijk uitval zijn. Log data bestaan uit gegevens over de acties die deelnemers uitvoeren bij gebruik van de interventie (bijv. maken van een opdracht in een module). Dat maakt deze data mogelijk geschikt voor het voorspellen van gebruik door middel van computergestuurde machine learning. Het doel van deze studie is 1) het voorspellen van interventietrouw en succes, 2) het bepalen van mogelijke oplossingen om deze uitkomsten te verbeteren en 3) het exploreren van ethische vraagstukken rondom het inzetten van machine learning in eHealth.

Materiaal en methodes

Om de voorspellers te identificeren, includeerden we deelnemers aan Jellinek Online Zelfhulp. Deze zelfhulp is gebaseerd op cognitieve gedragstherapie, motivational interviewing en  terugvalpreventie. Machine learning modellen warden getraind, gevalideerd en getest.  Daarna hielden we een focusgroep met interventie-onderzoekers en clinici (n=5) om te bepalen wat mogelijke oplossingen zijn om uitkomsten te verbeteren. Ook hielden we focusgroepen met interventiedeelnemers (n=10) om hun mening rondom ethische vraagstukken bij de inzet van machine learning in eHealth te achterhalen.

Resultaten 

Van de meer dan 32.000 deelnemers, maakte ongeveer 20% van de deelnemers module 1 af. Succespercentages (het afronden van alle modules en behalen van doelen ten aanzien van middelen gebruik) zijn 30% voor alcohol, 22% voor cannabis, en 24% voor roken. Sterke voorspellers waren het stoppen met middelen in plaats van minderen, initieel dagelijks gebruik, niet drinken in het weekend als doel en interventie-betrokkenheid. Focusgroep resultaten leidden tot implementatie van de volgende aanpassingen: 1) aanbevelen om te stoppen in plaats van minderen, 2) het versturen van dagelijkse e-mails en 3) het loslaten van de minimale vijf dagen van oefening in een module voor er verder kan worden gegaan. Interventiedeelnemers noemden ethische kwesties met betrekking tot autonomie, weldoen, niet-schaden en rechtvaardigheid ten aanzien van het inzetten van machine learning in eHealth.

Discussie en conclusie

Machine learning kan worden ingezet om inzicht te krijgen in interventietrouw en succes van eHealth en vervolgens om mogelijke oplossingen te implementeren. Daarbij geven eHealth-gebruikers aan dat hierbij ethische overwegingen in acht moeten worden genomen.

Klinische implicaties

Voor het behalen van behandeldoelen en voorkomen van terugval lijkt het stellen van doelen gericht op stoppen met middelen, en minderen, in plaats van langzaam minderen, bevorderlijk. Om tot een duurzaam behalen van behandeldoelen in een onbegeleide zelfhulpinterventie te komen, is het bevorderen van activiteit vroeg in de interventie nodig, en dient onderzocht te worden welke toepassingen zullen leiden tot meer activiteit vroeg in de zelfhulp.

Referenties en literatuur

Ramos, L. A., Blankers, M., van Wingen, G., de Bruijn, T., Pauws, S. C., & Goudriaan, A. E. (2021). Predicting Success of a Digital Self-Help Intervention for Alcohol and Substance Use With Machine Learning. Frontiers in Psychology, 3931. doi: 10.3389/fpsyg.2021.734633

Auteurs

Marloes Derksen

Arkin
Onderzoekscoördinator

Garantie tot de deur of gaan we richting duurzame interventies? Het preventieve effect van Preventieve Cognitieve Therapie (PCT) en MBCT in plaats van antidepressiva bij depressie

prof dr Claudi Bockting
Amsterdam UMC

 

Kernwoorden

Depressie Terugvalpreventie MBCT PCT

Inhoud van de lezing

Depressie is, net als verslaving voor de meeste mensen een terugkerende aandoening. De meest gebruikte manier om terugval te voorkomen is het continueren van antidepressiva. Preventieve Cognitieve Therapie (PCT, zie voorkomdepressie.nl) en MBCT lijken duurzame effecten te hebben op de preventie van terugval bij depressie. Maar kan het ook een alternatief zijn voor antidepressiva? In deze lezing zal allereerst de resultaten van een drie-armige RCT gepresenteerd worden waarin het afbouwen van antidepressiva gecombineerd wordt met PCT (bestaande uit 8 sessies binnen 8 weken) en vergeleken wordt met antidepressiva alleen versus antidepressiva gecombineerd met PCT (Bockting et al., 2018). Continuatie van antidepressiva na herstel lijkt geen betere bescherming te bieden tegen terugval dan PCT terwijl de antidepressiva wordt afgebouwd voor mensen die antidepressiva stoppen na herstel. Echter, continuatie van antidepressiva gecombineerd met PCT is superieur (41% risicoreductie op terugval 15-24 maanden). Ten tweede zullen de belangrijkste interventies van PCT gedemonstreerd worden met video’s. Vervolgens komen resultaten van een meta-analyse (Breedvelt., 2021) en ‘Individuele Patienten Data meta-analyse’ aanbod waarin ondermeer PCT vergeleken wordt met MBCT en continuatie van antidepressiva (Breedvelt et al., 2021). Klinische implicaties voor duurzame vormen van CGT zullen besproken worden en mogelijkheden en onmogelijkheden van personalisatie.

Referenties en literatuur

Bockting, C. L. H., Klein, N. S., Elgersma, H. J., van Rijsbergen, G. D., Slofstra, C., Ormel, J., . . . Burger, H. (2018). Effectiveness of preventive cognitive therapy while tapering antidepressants versus maintenance antidepressant treatment versus their combination in prevention of depressive relapse or recurrence (DRD study): A three-group, multicentre, randomised controlled trial. Lancet Psychiatry, 5(5), 401-410. doi:10.1016/s2215-0366(18)30100-7

Breedvelt, J., Brouwer, M. E., Harrer, M., Semkovska, M., Ebert, D. D., Cuijpers, P., & Bockting, C. (2021). Psychological interventions as an alternative and add-on to antidepressant medication to prevent depressive relapse: systematic review and meta-analysis. The British Journal of Psychiatry: The Journal of Mental Science, 219(4), 538–545. https://doi.org/10.1192/bjp.2020.198

Breedvelt J. J. F., Warren F. C., Segal Z., Kuyken W., Bockting C. L. H. (2021). Continuation of Antidepressants vs Sequential Psychological Interventions to Prevent Relapse in Depression: An Individual Patient Data Meta-Analysis. JAMA Psychiatry. Published online May 19, 2021. doi:10.1001/jamapsychiatry.2021.0823

Auteurs

Claudi Bockting

Amsterdam UMC
hoogleraar, klinisch psycholoog, supervisor VGCT

Een gerandomiseerde netwerkstudie naar affectdynamiek na meerdere depressieve episoden: effect van verschillende terugvalpreventie behandelingen en relatie met terugval

MSc. Junus van der Wal
Amsterdam UMC, locatie AMC

 

Kernwoorden

Affectdynamiek Depressie Terugval

Inhoud van de lezing

Terugval na een depressieve episode komt vaak voor, ondanks effectieve terugvalpreventie interventies zoals Preventieve Cognitieve Therapie (PCT) of Mindfulness-Based Cognitieve Therapie (MBCT) (Breedvelt et al., 2021). Verschillende patronen van affectdynamiek en fluctuatie over tijd zijn genoemd als mogelijke voorspeller van terugval bij depressie, en worden daarom gezien als aangrijpingspunt voor terugvalpreventie. Toch is tot op heden niet duidelijk welke patronen in affectdynamiek precies voorspellend zijn voor terugval, noch of deze patronen ook veranderen als gevolg van toegepaste terugvalpreventie interventies.

In deze lezing worden bevindingen gedeeld van een gerandomiseerde studie waarin temporele netwerkanalyses werden toegepast om de interacties over tijd tussen verschillende affectmaten bij deelnemers met meerdere depressieve episoden in het verleden inzichtelijk te maken. Er werd gekeken of (I) veranderingen in de affectnetwerken over tijd werd beïnvloed door de verschillende vormen van terugvalpreventie en (II) of verandering in affectnetwerken over tijd voorspellend was voor terugval tijdens een follow-up periode van twee jaar. De studie maakte gebruik van experience sampling methodology (ESM) data, verzameld door veertig deelnemers die meededen aan een driearmige RCT (DRD-studie) waarin het afbouwen van antidepressiva gecombineerd met PCT (bestaande uit 8 sessies binnen 8 weken) werd vergeleken met antidepressiva alleen versus antidepressiva gecombineerd met PCT (zie Bockting et al., 2018 voor een uitgebreide beschrijving van methode en resultaten).   

Visuele inspectie van de resulterende netwerken liet zien dat er grote individuele verschillen waren in affectdynamiek over tijd, en dat er geen duidelijke patronen zichtbaar waren binnen behandelgroepen of binnen de groep deelnemers die uiteindelijk terugviel versus deelnemers die in remissie bleven. De mate verandering van de affectnetwerken over tijd verschilde niet tussen de verschillende behandelgroepen, en verandering van affectnetwerken over tijd bleek niet voorspellend voor terugval. Implicaties van deze resultaten voor de klinische praktijk en voor toekomstig onderzoek met betrekking tot terugvalpreventie bij depressie zullen worden besproken. 

Referenties en literatuur

Breedvelt J. J. F., Warren F. C., Segal Z., Kuyken W., Bockting C. L. H. (2021). Continuation of Antidepressants vs Sequential Psychological Interventions to Prevent Relapse in Depression: An Individual Patient Data Meta-Analysis. JAMA Psychiatry. Published online May 19, 2021. doi:10.1001/jamapsychiatry.2021.0823

Bockting, C. L. H., Klein, N. S., Elgersma, H. J., van Rijsbergen, G. D., Slofstra, C., Ormel, J., . . . Burger, H. (2018). Effectiveness of preventive cognitive therapy while tapering antidepressants versus maintenance antidepressant treatment versus their combination in prevention of depressive relapse or recurrence (DRD study): A three-group, multicentre, randomised controlled trial. Lancet Psychiatry, 5(5), 401-410. doi:10.1016/s2215-0366(18)30100-7

Van der Wal, … Bockting (2022). Effects of diverse relapse prevention strategies on temporal affect and emotional dynamics and its impact on relapse in recurrent depression using network analysis: a randomized controlled trial. (manuscript in preparation)

Auteurs

Junus van der Wal

Amsterdam UMC, locatie AMC
Promovendus