Mindfulness-Based Interventions: recente resultaten op het gebied van effectiviteit, negatieve effecten en werkingsmechanismen bij mensen met stemmingsproblematiek en stressklachten
MSc Jelle Lubbers
Radboudumc centrum voor mindfulness
nummer
36
Opgenomen in sessies
Vrijdag, 13.30 uur, Zaal 57/58
Kernwoorden
Mindfulness, zorgprofessionals, depressie, bipolaire stoornis
Tags flow
De therapeut onder druk
Verminderen van- of leren omgaan met (zelfopgelegde) druk/stress
Tags doelgroep
Volwassenen
Tags thematiek en problematiek
Stemmingsstoornissen
Overig
Transdiagnostisch
Tags streams
Overig
Beknopte samenvatting van het symposium
Mindfulness-Based Interventions (MBI) worden tegenwoordig breed ingezet in de behandeling van psychologische klachten zoals stress, stemmingsproblematiek, angst, en andere mentale problemen. Uit onderzoek blijkt dat MBI’s behulpzaam zijn voor zowel klinische populaties, zoals patiënten met een depressie of bipolaire stoornis, als voor niet-klinische populaties zoals zorgprofessionals met psychische klachten. Mindfulness-Based Cognitive Therapy (MBCT) helpt bijvoorbeeld in de behandeling en preventie van depressie en Mindfulness-Based Stress Reduction (MBSR) is effectief in het verminderen van (werk-gerelateerde) stress en het vergroten van het welbevinden. Naast de (klinische) effecten van MBI’s staan de werkingsmechanismen en de mogelijke negatieve effecten van MBI’s steeds meer in de belangstelling. In dit symposium wordt aandacht besteed aan de meest recente resultaten op het gebied van effectiviteit, werkingsmechanismen en mogelijke negatieve effecten van MBI’s in verschillende doelgroepen.
Auteurs

Jelle Lubbers
Radboudumc centrum voor mindfulness
Promovendus, junior wetenschappelijk onderzoeker
Mindfulness ter preventie van psychopathologie in zorgprofessionals tijdens COVID-19 crisis
Dr. Marieke Arts-de Jong
Radboudumc centrum voor mindfulness
Kernwoorden
Mindfulness, effectiviteit, zorgprofessionals, COVID-19
Inhoud van de lezing
Introductie
Medewerkers in de zorg voor COVID-19 patiënten hebben flink wat voor de kiezen gekregen qua werkdruk en ervaringen. Een aanzienlijk deel van de medewerkers in de frontlinie heeft last van stress en psychische klachten (Lai et al, 2020). Uit eerder onderzoek weten we dat Mindfulness-based stress reductie (MBSR) trainingen effectief zijn om (werk-gerelateerde) stress te verminderen en welbevinden te vergroten (Khoury et al, 2015). De vraagstelling van dit onderzoek is of een aangepaste MBSR effectiever is dan een zelfhulpvariant in het verminderen van psychische klachten bij COVID-19 zorgprofessionals.
Materiaal en methodes
De onderzoekspopulatie bestaat uit zorgprofessionals werkzaam in de directe COVID-19 patiëntenzorg. Deze landelijke gerandomiseerd gecontroleerde trial (RCT) vergelijkt 2 verschillende vormen van mindfulness training; een aangepaste MBSR training bestaande uit 8 bijeenkomsten van 1,5 uur gedurende 4 weken via een interactieve videostream, en een zelfhulpvariant voor 4 weken met dagelijkse mindfulness- en compassieoefeningen aangeboden via YouTube. Vragenlijsten zijn afgenomen op baseline (0 maanden), tijdens (2 weken) en direct na de training (1 maand), en 4 en 7 maanden. Tevens heeft aan het einde van de follow-up een psychiatrisch interview plaatsgevonden. De primaire uitkomstmaat is psychische klachten gemeten met de PHQ-SADS (Kroenke et al, 2010), een gecombineerde maat voor depressieve, angst en somatische symptomen.
Resultaten
In totaal zijn er 201 zorgprofessionals geïncludeerd. De gemiddelde leeftijd is 41 jaar, 93,5% is vrouw en 23% had behandeling voor stress-gerelateerde klachten bij start van de studie. Van de deelnemers is 60% werkzaam als verpleegkundige/verzorgende, 23% als arts en 17% in overige functies. Driekwart is werkzaam in het ziekenhuis, de overige binnen de thuiszorg-, verpleeghuis- of huisartsenorganisatie. De data van het onderzoek zijn in juni 2022 compleet en de eerste resultaten zullen op het congres getoond worden.
Discussie en conclusie
Uit deze studie naar de effectiviteit van mindfulness interventies bij COVID-19 zorgprofessionals zal blijken of deze interventies bijdragen aan het verminderen van psychische klachten en het vergroten van het welbevinden.
Klinische implicaties
Dit klinisch relevante onderzoek zal implicaties geven voor inzet van mindfulness interventies voor zorgprofessionals onder grote druk, zoals in tijde van deze COVID-19 pandemie.
Referenties en literatuur
Literatuur
Khoury, B., Sharma, M., Rush S.E., Fournier, C. (2015) Mindfulness-based stress reduction for healthy individuals: a meta-analysis. J Psychosom Res, 78(6):519-28.
Kroenke K., Spitzer R.L., Williams J.B.W., Lowe B. (2010) The Patient Health Questionnaire Somatic, Anxiety, and Depressive Symptom Scales: a systematic review. Gen Hosp Psychiatry, 32(4):345-59.
Lai, J., Ma, S., Wang, Y. et al. (2020). Factors associated with mental health outcomes among health care workers exposed to Coronavirus Disease 2019. JAMA Network Open, 3(3):3203976.
Auteurs

Marieke Arts-de Jong
Radboudumc centrum voor mindfulness
Postdoctoraal onderzoeker
Het effect van Mindfulness-based Cognitive Therapy op en de voorspellende waarde van mindfulness profielen in terugkerende depressie: een latente profiel en transitie analyse
MSc Jelle Lubbers
Radboudumc centrum voor mindfulness
Kernwoorden
MBCT, mindfulness profielen, terugkerende depressie
Inhoud van de lezing
Introductie: Mindfulness-based Cognitive Therapy (MBCT) is effectief in het voorkomen van recidieven in patiënten met depressie (Kuyken et al., 2016) en kan leiden tot een verbeterde psychologische en fysieke gezondheid. Een belangrijk onderdeel van de MBCT is het ontwikkelen van mindfulness vaardigheden. Deze vaardigheden kunnen gemeten worden met de Five Facet Mindfulness Questionnaire (FFMQ), bestaande uit 5 verschillende facetten: observeren, beschrijven, opmerkzaam handelen, niet-oordelen en niet-reageren. Om te onderzoeken hoe de subschalen zich tot elkaar en in relatie tot maten van psychologisch welbevinden verhouden, kan het helpen patiënten in te delen in groepen gebaseerd op hun scores op de FFMQ subschalen. Eerder onderzoek in een populatie met terugkerende depressie heeft 4 groepen weten te identificeren: ‘zeer laag mindfulness’, ‘gemiddeld mindfulness’, ‘hoog mindfulness’, en ‘niet-oordelend opmerkzaam’. De laatste twee profielen bleken het meest adaptief in termen van psychologisch functioneren (Gu et al., 2020). Met de huidige studie trachten we de resultaten van Gu et al. (2020) te repliceren en onderzoeken we of (i) profielen voorspellend zijn voor het behandelingsresultaat, en (iia) of MBCT zorgt voor migratie van minder adaptief naar adaptief profiel, en (iib) of migratie samenhangt met verandering op uitkomst.
Materiaal en methodes: Voor deze studie zal gebruik worden gemaakt van bestaande data afkomstig van een naturalistisch ongecontroleerd cohort van patiënten met terugkerende depressie die MBCT hebben ontvangen aan het Radboudumc Centrum voor Mindfulness in de periode van juli 2012 tot april 2018. Voor start van de MBCT en na behandeling werden patiënten gevraagd om een set met vragenlijsten in te vullen als onderdeel van reguliere behandeling (ROM). Data van patiënten met tenminste een voormeting (N = 750) en/of een nameting (N = 500) zal worden geanalyseerd middels latente profiel en latente transitie analyse. Als hoofduitkomstmaten zullen depressieve klachten (BDI-II) en psychologisch functioneren (OQ-45) worden gebruikt.
Resultaten: Data analyse is gestart maar nog niet geheel afgerond. De resultaten zullen op het najaarscongres van het VGCT gedeeld worden.
Conclusies en relevantie voor de praktijk: De resultaten zullen bijdragen aan ons inzicht in het werkingsmechanisme van MBCT bij patiënten met terugkerende depressie. Op lange termijn zou het vaststellen van een bepaald mindfulness profiel voor behandeling (voorspeller) behulpzaam kunnen zijn voor effectievere therapie allocatie.
Referenties en literatuur
Gu, J., Karl, A., Baer, R., Strauss, C., Barnhofer, T., & Crane, C. (2020). Latent profile analysis of the five facet mindfulness questionnaire in a sample with a history of recurrent depression. Assessment, 27(1), 149-163.
Kuyken, W., Warren, F. C., Taylor, R. S., Whalley, B., Crane, C., Bondolfi, G., . . . Schweizer, S. (2016). Efficacy of mindfulness-based cognitive therapy in prevention of depressive relapse: an individual patient data meta-analysis from randomized trials. JAMA psychiatry, 73(6), 565-574.
Auteurs

Jelle Lubbers
Radboudumc centrum voor mindfulness
Promovendus, junior wetenschappelijk onderzoeker
Mogelijke negatieve effecten van mindfulness
MSc, MD, PhD Candida Vera Scheepbouwer
Radboudumc centrum voor mindfulness
Kernwoorden
Mindfulness, bijwerkingen, bipolaire stoornis
Inhoud van de lezing
InleidingDe positieve effecten van mindfulness interventies zijn uitgebreid onderzocht en beschreven. Minder onderzoek is gedaan naar eventuele negatieve effecten. Een systematische review van Farias et al. (2020) toont aan dat 33.2% van deelnemers met of zonder psychiatrische voorgeschiedenis negatieve effecten bij meditatie rapporteert, waaronder toename van depressieve- en angstklachten, herbeleven van traumatische gebeurtenissen, en gevoelens van derealisatie en depersonalisatie. Het doel van het huidige onderzoek is om de prevalentie en het beloop van negatieve effecten van een mindfulness interventie bij patiënten met een bipolaire stoornis te onderzoeken.
Methode In totaal werden 65 patiënten met een bipolaire I of II stoornis gevraagd om het ontstaan en beloop van eventuele negatieve effecten tijdens Mindfulness-Based Cognitieve Therapie (MBCT) bij te houden aan de hand van een dagboek. Patiënten die negatieve effecten rapporteerden werden benaderd voor een semi-gestructureerd interview. De interviews werden gecodeerd op basis van het raamwerk van eerder onderzoek naar negatieve effecten (Lindahl et al., 2017).
ResultatenIn totaal rapporteerden 33% van de deelnemers negatieve effecten tijdens het volgen van MBCT. Gevoelens van twijfel, angst en depressie werden het vaakst gerapporteerd. Het beloop van de negatieve effecten werd onderverdeeld in predisponerende, precipiterende en onderhoudende factoren die een rol speelde bij het ontstaan van de negatieve effecten. Daarnaast werden verschillende behulpzame en onbehulpzame factoren gevonden. Over het algemeen gaf meer dan de helft van de patiënten aan dat zij de negatieve effecten als therapeutisch hadden ervaren. Dit betekend echter ook dat er een significant deel was die de negatieve effecten als negatief heeft ervaren.
Discussie en conclusieUit dit onderzoek blijkt dat negatieve effecten bij patiënten met een bipolaire stoornis tijdens het volgen van MBCT niet zeldzaam zijn. Het is belangrijk dat trainers en therapeuten zich hier bewust van zijn, en met de juiste screening en informatieverstrekking samen met de patiënt tot een gewogen beslissing kunnen komen of het volgen van MBCT op dat moment een geschikte optie is.Relevantie voor de praktijkDit onderzoek geeft klinisch relevante implicaties voor het voorkomen en omgaan met negatieve effecten bij MBCT.
Referenties en literatuur
Farias, M., Maraldi, E., Wallenkampf, K. C., & Lucchetti, G. (2020). Adverse events in meditation practices and meditation-based therapies; a systematic review. Acta Psychiatrica Scandinavica, 142 (5)
Lindahl, J. R., Fisher, N. E., Cooper, D. J., Rosen, R. L., & Britton, W. B. (2017). The varieties of contemplative experience: a mixed-methods study of meditation-related challenges in Western Buddhists. Plos ONE
Auteurs

Vera Scheepbouwer
Radboudumc centrum voor mindfulness
Promovendus, arts in opleiding tot specialist (psychiater)
De ontwikkeling en validatie van een vragenlijst naar manische gedachten: ‘The manic thought questionnaire’
MSc Imke Hanssen
Radboudumc centrum voor mindfulness
Kernwoorden
Manische gedachten vragenlijst, bipolaire stoornis
Inhoud van de lezing
InleidingPsychologische interventies voor de bipolaire stoornis, zoals CGT of MBCT, worden vaak ingezet wanneer deze patiënten een stabiele of depressieve stemming ervaren. Echter, tijdens depressieve episoden hebben patiënten vaak moeite met het herinneren van eerdere (hypo)manische episoden (Akiskal, Bourgeois et al. 2000). Hierdoor ervaren zij moeite bij het terughalen van (hypo)manische cognities die een voorbode kunnen zijn voor het ontwikkelen van (hypo)manische klachten. Het kan behulpzaam zijn om tijdens psychologische interventies vragenlijsten te gebruiken die deze (hypo)manische cognities blootleggen, zodat deze onderdeel kunnen worden van de behandeling.
MethodeHet doel van het huidige onderzoek is om een manische vragenlijst voor gebruik in de klinische praktijk te ontwikkelen. Om de vragenlijst goed te laten aansluiten op de ervaring van de patiënt, zijn de items ontwikkelt door en met patiënten met een bipolaire type I stoornis. Dit onderzoek beschrijft de ontwikkeling en validatie van de Manic Thought Questionnaire bij 452 patiënten met een bipolaire type I stoornis.
ResultatenDe uiteindelijke versie van de Manic Thought Questionnaire bestaat uit 47 items, met één onderliggende factor. De betrouwbaarheid is goed (α = 0.968). De Manic Thought Questionnaire toont matige tot grote correlaties met andere vragenlijsten die constructen van manie meten. Er worden geen correlaties gevonden met andere vragenlijsten die constructen van depressie meten.
Discussie en ConclusieDe Manic Thougth Questionnaire toont goede psychometrische kwaliteiten en kan gebruikt worden in de klinische praktijk ter ondersteunding van psychologische behandelingen bij de bipolaire stoornis.
Klinische relevantieDit onderzoek beschrijft de ontwikkeling van een Manic Thought Questionnaire. Deze vragenlijst kan als aanvulling in de behandeling van de bipolaire stoornis gebruikt worden.
Referenties en literatuur
Akiskal, H. S., et al. (2000). "Re-evaluating the prevalence of and diagnostic composition within the broad clinical spectrum of bipolar disorders." Journal of Affective Disorders 59: S5-S30.
Auteurs
